“Ik ben een beetje a-typisch.” Dat hoorde ik een collega laatst zeggen terwijl we in de bus op weg naar werk zaten. Ik moest daar stilletjes wel een beetje om lachen, want ik vind mezelf nogal a-typisch! En dat is toch wel vreemd, dat twee a-typische mensen vinden elkaar ontmoeten. Of niet?
In een wereld waar ruim 6 miljard mensen wonen is het misschien wel heel moeilijk om uniek te zijn. En toch beleven we het zo. Het is immers ook wel heel moeilijk om je voor te stellen dat je iemand anders bent, die zijn of haar eigen belevingen beleeft, die vanuit een uniek perspectief naar de wereld kijkt, want jij bent jij en zij zijn zij. Erg ingewikkeld allemaal.
Soms vraag ik het me weleens af, hoe komen we überhaupt tot een consensus. En wie weet of we zaken ook hetzelfde zien? Misschien zijn we het wel eens over iets dat we allebei heel anders beleven. Zo heb ik ooit een onderzoek gelezen over groene en rode aardbeien en hoe we nooit kunnen verifiëren of we daadwerkelijk hetzelfde zien. Mind is blown. Gelukkig hebben we samen afspraken gemaakt over hoe we zaken categoriseren. Ongeacht of we hetzelfde zien, we zijn het in elk geval eens. En dat is fijn.
Eigenlijk is het bijzonder dat we het dan zo vaak eens kunnen zijn. Dat het ons überhaupt lukt om samen de meest machtige dingen te bereiken. Dat het ons lukt om bijvoorbeeld met coaching doelen te bereiken. Twee a-typische mensen, twee verschillende wereldbeelden maar een en hetzelfde doel. Hoe bijzonder zijn wij? We zijn allemaal a-typisch denk ik dan maar…